GLITCH brengt verschillende partijen uit Nederland en Vlaanderen samen met als doel duurzame technologische innovaties binnen de glastuinbouw te realiseren. Universiteit Antwerpen initieert hierbij een co-creatieve aanpak om deze innovaties met meerdere stakeholders te realiseren. Doel van Universiteit Antwerpen is om het proces te faciliteren en de te uitkomst te optimaliseren, zowel naar bruikbaarheid als naar toepasbaarheid. Gebruik makend van workshops en bevragingen, krijgt Universiteit Antwerpen inzicht in de wensen en behoeften van alle betrokken partijen binnen dit project. Op die manier zorgt Universiteit Antwerpen dat de innovaties die ontwikkeld worden beter afgestemd zijn op alle betrokken partijen en dat er waarde wordt gecreëerd voor alle stakeholders die betrokken zijn binnen het proces.
Co-creatie
“Bedrijven komen door middel van co-creatie met externe partners beter tot innovaties dan wanneer ze dit in hun eentje doen”, geven Kristien Daems en Ingrid Moons van Universiteit Antwerpen aan.
Het co-creatieproces wordt gestructureerd met behulp van de stappen van het Double Diamond Model. Dit model geeft namelijk structuur om daadwerkelijk deze innovaties te kunnen realiseren. Oorspronkelijk bestaat het model uit 4 stappen, namelijk twee divergente en twee convergente fasen. Universiteit Antwerpen heeft dit verder opgesplitst in 7 stappen, omdat ze het belangrijk vindt om meerdere keren terug te koppelen naar het kernteam om vervolgens een evaluatie te maken over de stap die heeft plaatsgevonden.
De stappen die Universiteit Antwerpen hanteert zijn als volgt:
- Team samenstellen & innovatiedoel bepalen
- Verkenning van de behoeften en wensen van de doelgroepen en andere stakeholders
- Keuze-elementen om oplossing te optimaliseren in relatie tot deze wensen en behoeften
- Concept(en) uitwerken
- Concept(en) testen bij doelgroepen experts
- Concept(en) optimaliseren
- Productarchitectuur en prototype
Het GLITCH-project bestaat uit zeven trajecten met elk een eigen innovatiedoel die gegroepeerd zijn rond twee thema’s die belangrijk zijn voor het ontwikkelen van een duurzame oplossing voor de glastuinbouw: energie en klimaat.
Aan het begin van het co-creatietraject worden er kernteams samengesteld die elk aan een bepaald innovatiedoel werken. Bij het samenstellen van deze teams wordt rekening gehouden met de expertise van elke partij. Daarnaast wordt er een een tijdlijn opgesteld die de belangrijkste activiteiten bij elk werkpakket in kaart brengt. Om te komen tot een gemeenschappelijk doel waarbij iedereen op dezelfde golflengte zit wordt er een variatie op een Business Model Canvas ingevuld met het kernteam van elk werkpakket dat deel uitmaakt van een co-creatieproces. Via deze oefening wordt elk innovatietraject voorgesteld als een nieuwe business case waarbij er een gemeenschappelijk plan uitgeschreven wordt. Een business model beschrijft op een beknopte en gestructureerde manier waar een innovatie waarde creëert, levert en behoudt. Het omvat alle facetten die invloed hebben op het creëren van meerwaarde samen.
Vanuit deze oefening wordt duidelijk dat de aanpak van het co-creatieproces op verschillende manier benaderd zal worden voor de werkpakketten. De energie-efficiënte belichtingssystemen en de meerlagenteelt bij de aardbeienteelt zou het best focussen op de wensen, behoeften en ervaringen van de eindgebruikers van deze technologieën en technieken, zijnde telers en teeltbedrijven. Dit omdat deze innovaties zoeken naar aanpassingen en verbeteringen van reeds verder ontwikkelde technieken en technologieën. Door de mening van de eindgebruikers in kaart te brengen zorgt men ervoor dat de innovaties zo goed mogelijk op de eindgebruikers zijn afgestemd.
De innovaties van het gebruiken van laagwaardige warmte en de klimaatinnovaties (zijnde: de EB schermen en de dampwarmtepomp) focussen, naast inzichten in de wensen van telers ook op de samenwerking met bedrijven die een meerwaarde kunnen bieden in vermarktbare oplossingen van de uitontwikkelde technologieën dankzij hun expertise. Deze bedrijven en fabrikanten hebben ervaring met de productie van specifieke materialen die nodig zijn om de innovatiedoelen te kunnen bereiken.
Zo wordt er expliciet gekeken waar elk innovatietraject behoefte aan heeft en hoe hier invulling aan gegeven kan worden.
Verschillen tussen de trajecten
Naast het faciliteren van de trajecten, bestudeert Universiteit Antwerpen ook elementen die van invloed kunnen zijn op het verloop van het co-creatieproces. Tijdens het volgen van de stappen die door Universiteit Antwerpen gehanteerd worden zijn de verschillen tussen de trajecten binnen GLITCH zichtbaar.
Een voorbeeld hiervan is de manier waarop men graag wil samenwerken. Merkbaar is dat deze onder meer voortvloeit uit initiële verwachtingen met betrekking tot het doel van het traject en met betrekking tot dynamiek binnen een team.
De stakeholders die actief zijn binnen het energie traject bestaan voornamelijk uit ‘samenwerkers’ volgens de types van Roosens. De verwachtingen rondom de uitkomsten waren bij deze groep nog niet echt helder, maar ze hadden wel duidelijk een gemeenschappelijk doel voor ogen. Dit resulteerde in inzichten omtrent de verbeteringen op het gebied van proces management tools en inzichten om via design aanpassingen het doel gemeenschappelijk te kunnen bereiken.
Het klimaat traject bestaat voornamelijk uit mensen die vanuit hun eigen organisatie een duidelijk beschreven, vooraf gedefinieerd doel voor ogen hadden. De samenwerking tussen de stakeholders is zeer resultaat gedreven. Feedback via metingen omtrent de impact van het prototype en veranderingen in het prototype is de belangrijkste drijfveer om het proces te sturen.
Conclusies
Uit het co-creatie proces dat bij GLITCH nog volop bezig is, kan onder meer reeds geconcludeerd worden dat het in kaart brengen van de verwachtingen aan het begin van het proces cruciaal is voor het verloop daarvan. Hiermee wordt onduidelijkheid over het gemeenschappelijke doel vermeden. Daarnaast komt sterk naar voren dat de achtergrond en de cultuur van de stakeholders invloed heeft op het gehele proces. De stakeholders hebben nood aan een gestructureerde aanpak en hierbij zijn overlegmomenten en interne communicatie cruciaal. Universiteit Antwerpen werkt een roadmap uit voor het verloop van het proces met hulpmiddelen om dit proces te structureren en te faciliteren. De hulpmiddelen helpen bij het concreet uitwerken van een oplossing, maar zorgen ook dat de oplossing in een ruimer strategisch kader wordt ingebed.
Verschillende praktische uitkomsten uit de paper:
- Het co-creatie proces past het Double Diamond model toe en wordt verrijkt met inzichten afkomstig van literatuur op het gebied van (innovatie)management, marketing en designwetenschappen.
- Het onderzoek geeft input om het proces te leiden dat beïnvloed wordt door het karakter van het team en de context (bijv: specifieke industrie, publiek versus privaat, etc.) van de verschillende partners.
- Deze inzichten zijn enkel op de eerste fases van het co-creatieproces gebaseerd en zeggen dus niets over de fases vanaf stap 5.
Bij vragen of opmerkingen graag contact opnemen met:
Kristien Daems ([email protected])
Ingrid Moons ([email protected]).